Publicaties

Schelpdierbestanden in de Nederlandse kustzone, Waddenzee en zoute deltawateren in 2021

Troost, K.; van Asch, M.; van den Ende, D.; van Es, Y.; Perdon, K.J.; van der Pool, J.; Suykerbuyk, W.; van Zweeden, C.; van Zwol, J.

Samenvatting

Doelstelling De WOT schelpdiermonitoring in de Nederlandse kustwateren heeft als hoofddoelen het schatten van de omvang van bestanden van (potentieel) commercieel interessante schelpdiersoorten, en het schatten van het oppervlak aan droogvallende mossel- en oesterbanken in de Waddenzee, Oosterschelde en Westerschelde. Daarnaast moeten de verzamelde gegevens ook gebruikt kunnen worden om veranderingen in het Nederlandse beleid ten aanzien van schelpdiervisserij en natuur te kunnen evalueren. Hiervoor zijn de doorlopende tijdreeksen van belang. De inventarisaties worden uitgevoerd in de Nederlandse kustzone, de Waddenzee en de deltawateren Oosterschelde, Westerschelde, Veerse meer en Grevelingenmeer. Rapportage en presentatie Voor de doelsoorten worden de voorlopige bestandsschattingen zo snel mogelijk na afronding van de betreffende survey per brief aan het Ministerie van LNV gerapporteerd. Een overzicht van de in 2021 opgeleverde brieven staat in Bijlage A. Zodra alle survey onderdelen zijn afgerond worden de definitieve schattingen opgenomen in de jaarlijkse rapportage, zoals dit rapport. De opgewerkte verzamelde gegevens zijn ook in te zien op de webviewer ‘De Schelpdiermonitor’ (www.wur.nl/schelpdiermonitor). Hier worden verspreidingskaarten en tijdreeksen weergegeven van de doelsoorten en in de vangst aangetroffen andere soorten schelpdieren, krabben en zeesterren. Ook is in de webviewer meer informatie te vinden over de doelstellingen van de verschillende surveys en de gebruikte methodieken. De Schelpdiermonitor wordt jaarlijks in februari geüpdatet. Leeswijzer In Hoofdstuk 2 wordt eerst de algemene werkwijze per survey onderdeel beschreven. In paragraaf 2.8 worden bijzonderheden beschreven over de uitvoering in 2021. In Hoofdstuk 3 worden de survey resultaten van 2021 gepresenteerd en waar nodig direct bediscussieerd. Hier zijn alle tabellen met geschatte arealen en bestanden te vinden, net als de tijdreeksen (ontwikkeling van arealen en bestanden sinds aanvang van de monitoringreeks). In de bijlagen zijn de resultaten van 2021 in meer detail te bekijken, in de vorm van lijsten met alle aangetroffen soorten (Bijlage B), en verspreidingskaarten (Bijlagen C, D en E). In Hoofdstuk 4 volgen meer algemene discussiepunten. In Hoofdstuk 5 ‘Uitgelicht’ worden ieder jaar één tot enkele onderwerpen meer uitgediept. Dit jaar zijn dat: • Ontwikkeling in schelplengte van halfgeknotte strandschelpen (Spisula subtruncata) in de kustzone; • Verspreiding van de schelpkokerworm (Lanice conchilega) in de kustzone; • Ontwikkeling Filipijnse tapijtschelp (Ruditapes philippinarum) in de deltawateren. Resultaten doelsoorten 2021 Kustzone In de kustzone is in het voorjaar van 2021 een bestand van 548,1 miljoen kg aan zwaardscheden (Ensis sp., ook wel ‘mesheften’) aangetroffen en 1.199,8 miljoen kg aan halfgeknotte strandschelpen (S. subtruncata) (versgewichten inclusief de schelp). Waddenzee Op de droogvallende platen van de Waddenzee is in het voorjaar 2100 hectare aan mosselbanken (Mytilus edulis) inclusief gemengde banken aangetroffen en 1190 ha aan Japanse oesterbanken (Crassostrea gigas) inclusief gemende banken. Het totaal aan mosselbanken, oesterbanken en gemengde banken was 2328 ha (gemengde banken tellen mee als mosselbank en als oesterbank). Van het totaal werd 1506 ha gedomineerd (>50% van de totale biomassa) door mosselen en 822 ha door Japanse oesters. Het bestand aan mosselen is geschat op 44,5 miljoen kg en het bestand aan Japanse oesters op 31,3 waarvan 17,4 in open gebieden, 12,7 in jaarrond gesloten gebieden en 1,2 in gebieden die een deel van het jaar gesloten zijn en/of jaarrond gesloten voor kokkelvisserij. Het kokkelbestand (Cerastoderma edule) op de droogvallende platen is geschat op 106,5 miljoen kg vers in het voorjaar en 8,5 miljoen kg oogstbaar vlees op 1 september waarvan 3,3 in open gebieden, 3,0 in lotingsgebieden (beperkt toegankelijk) en 2,1 in voor kokkelvisserij gesloten gebieden. Het bestand aan Amerikaanse zwaardscheden (Ensis leei) in het sublitoraal van de westelijke Waddenzee (kombergingen Marsdiep en Vliestroom) is geschat op 312,9 miljoen kg. Dit is geschat uit de mosselzaadinventarisatie in opdracht van de PO Mosselcultuur in het voorjaar en de aanvullende inventarisatie binnen het WOT-Visserij programma in het najaar. Deltawateren Op de droogvallende platen van de Oosterschelde is in het voorjaar van 2021 589 hectare aan Japanse oesterbanken aangetroffen waarvan 365,4 gemengd met mosselen. Hierin is in het najaar een bestand aangetroffen van 29,3 miljoen kg aan Japanse oesters. In de Westerschelde werd het areaal aan Japanse oesterbanken (al dan niet bijgemengd met mosselen) geschat op 41 ha. In het Veerse meer werd in het najaar een bestand aan Japanse oesters aangetroffen van 29,5 miljoen kg en in het Grevelingenmeer 114,0 miljoen kg. Op de droogvallende platen van de Oosterschelde is een kokkelbestand aangetroffen van 10,8 miljoen kg vers in het voorjaar. Hieruit is een oogstbaar najaarsbestand berekend van 0,6 miljoen kg vlees. In de Westerschelde bedroeg het voorjaarsbestand 2,7 miljoen kg waaruit een oogstbaar najaarsbestand van 0,2 miljoen kg vlees werd geschat. In het voorjaar werd op de droogvallende platen van de Oosterschelde een bestand aan Filipijnse tapijtschelpen aangetroffen van 10,5 miljoen kg, op de platen van de Westerschelde 0,4 miljoen kg, in het Veerse meer 5,5 miljoen kg en in het Grevelingenmeer maar liefst 20,4 miljoen kg.