Persbericht

Patiënt meer baas in eigen buik

Published on
20 mei 2015

Meer aandacht voor voeding en bewegen bij patiënten met chronische aandoeningen en rond operaties. Daar pleit maag-lever-darmarts prof. Ben Witteman voor in zijn inaugurele rede als buitengewoon hoogleraar Voeding en darmgezondheid in transmurale zorg aan Wageningen University, op donderdag 21 mei. Met wetenschappelijk onderbouwd voedingsadvies afgestemd op de aandoening wordt de patiënt meer baas in eigen buik, kan zijn welzijn verbeteren en de gezondheidszorg goedkoper worden.

De darm is een zeer efficiënt en fascinerend orgaan, vertelt prof. Witteman. “Het darmstelsel bestaat uit verschillende delen met verschillende functies, maar is feitelijk één kanaal van mond tot anus. De binnenkant van de darm is zo eigenlijk de buitenkant van het lichaam, waarbij interactie optreedt tussen de buitenwereld en het lichaam. De darm heeft daarom een belangrijke douanefunctie.” Zeventig procent van het immuunsysteem of afweersysteem bevindt zich dan ook in de darm. De darm moet dus voedingsstoffen doorlaten maar bacteriën en schadelijke stoffen tegenhouden om ons gezond te houden.

Darmgezondheid

De darmgezondheid zelf wordt vooral bepaald door de balans tussen afweer en tolerantie en het opnemen en blokkeren van stoffen. Deze balans wordt op zijn beurt beïnvloed door de voeding, de darmbacteriën – ook wel het microbioom genoemd – en de darmdoorlaatbaarheid. “Door met onderzoek meer duidelijkheid te krijgen over het samenspel tussen voeding, microbioom en darmdoorlaatbaarheid in relatie tot darmgezondheid kunnen we de patiënt uiteindelijk beter behandelen.”

In zijn werk als maag-lever-darmarts in Ziekenhuis Gelderse Vallei in Ede ziet prof. Witteman volop aanwijzingen voor het gunstige effect van goede voeding en een goede darmgezondheid op het welbevinden en het herstel van de patiënt. Graag wil hij de rol van voeding en andere leefstijlfactoren op het verloop van ziekte, het voorkomen van ziekte en het ingaan van een operatie ook wetenschappelijk aantonen. Dat komt niet alleen het welzijn van de patiënt maar ook de gezondheidszorg als geheel ten goede omdat het de ziekteperiode en opnameduur kan verkorten. Het gaat daarbij onder meer om aandoeningen als prikkelbare darm (IBS), inflammatoire darmziekte (IBD) en zware operaties.

Ziekte en herstel

Op een operatie moeten patiënten zich voorbereiden, omdat een operatie dezelfde stress geeft als topsport, legt Witteman uit. “Patiënten zouden dus net als topsporters training en voeding moeten aanpassen op het doel, in hun geval de operatie. Als zorgverleners moeten we de patiënt helpen die actieve rol bij ziekte en herstel vorm te geven.”

Daarbij is goede samenwerking tussen huisarts, specialist en andere zorgverleners rond de patiënt binnen en buiten het ziekenhuis onmisbaar. Witteman geeft ondervoeding als voorbeeld. “Dat heeft een ongunstig effect op ziektebeloop en herstel. Door het tijdig signaleren van voedingsproblemen bij chronische patiënten voor en na een operatie, en die zo nodig te behandelen, kun je grotere problemen voorkomen.”

Chronische aandoeningen

Zijn leeropdracht maakt voor de universiteit ook meer klinisch onderzoek mogelijk. Dat is belangrijk, aldus Witteman, omdat Wageningse voedingsstudenten na hun opleiding steeds vaker te maken zullen krijgen met voedingsproblemen waarbij een chronische onderliggende ziekte een rol speelt. “De gemiddelde levensverwachting in Nederland stijgt, maar de leeftijd waarop mensen met chronische aandoeningen worden geconfronteerd daalt. In onze ogenschijnlijk gezonde populatie gaan we steeds vaker chronische aandoeningen zien. Door de goede toegankelijkheid van de gezondheidzorg, screening op bepaalde aandoeningen en betere diagnostische mogelijkheden, worden deze aandoeningen ook eerder herkend. Daarom moeten studenten daar al in hun opleiding kennis mee maken.”

De buitengewone leerstoel van prof. Ben Witteman is een aanstelling van één dag per week en wordt mogelijk gemaakt door Ziekenhuis Gelderse Vallei en de Alliante Voeding Gelderse Vallei.