Project

Genenbank voor landbouwhuisdierrassen en aquatische soorten

De genenbank voor landbouwhuisdierrassen en aquatische soorten stelt de genetische diversiteit uit het verleden en van de huidige levende populaties en fokprogramma’s veilig voor de lange termijn (ex situ behoud). Het genetisch materiaal is verdeeld en opgeslagen in genenbankcollecties op twee locaties. Anno 2021 zijn ruim 300.000 doses sperma opgeslagen in de genenbank voor landbouwhuisdierrassen. Het betreft materiaal van 11 diersoorten (rund, paard, geit, schaap, konijn, varken, duif, kip, gans, eend, hond) en in totaal bijna 140 rassen.

De genenbank voor landbouwhuisdierrassen en aquatische soorten stelt de genetische diversiteit uit het verleden en vanuit de huidige levende populaties en fokprogramma’s (in situ)veilig voor de lange termijn (ex situ behoud). Het genetische materiaal is verdeeld en opgeslagen in genenbankcollecties over twee locaties.

De genenbankcollecties zijn een verzekering voor ‘calamiteiten’ in de (verre) toekomst. Aan de andere kant kan de genetische diversiteit in de genenbank ook al op korte termijn van belang zijn en ingezet worden in de fokprogramma’s van veelal zeldzame Nederlandse landbouwhuisdierrassen. Bovendien kan de brede genetische basis die in de genenbank is opgeslagen ook van toepassing zijn bij de ontwikkeling van nieuwe rassen of lijnen, en wordt het regelmatig ingezet voor verschillende onderzoeksdoeleinden.

Ontwikkeling en aanvullingen van de genenbankcollectie vindt plaats in nauwe samenwerking met een groot netwerk van rasorganisaties, individuele fokkers, stamboeken en fokkerijbedrijven in de veehouderij en aquacultuursector.

Het streven is om voor alle Nederlandse landbouwhuisdierrassen en aquatische soorten periodiek genetisch materiaal op te slaan en een  minimale ‘corecollectie’ te realiseren per ras. . Een core-collectie bestaat uit voldoende genetisch materiaal om een geheel verdwenen populatie of ras terug te kunnen fokken uit het materiaal in de genenbank. Per diersoort, ras of lijn wordt gekeken wat de beste strategie is en welk type genetisch materiaal het beste kan worden opgeslagen (sperma, embryo’s, eicellen, ovariumweefsel, primordiale geslachtscellen). Per diersoort en type genetisch materiaal worden adequate protocollen voor cryoconservering ontwikkeld, geoptimaliseerd en toegepast.

Resultaten

Beheer en uitgifte van collecties van landbouwhuisdieren

  • Plannen voor nieuwbouw genenbank, opslag en laboratoria uitgewerkt. Er wordt op korte termijn een beslissing verwacht
  • Protocollen voor uitgifte en inname van genetisch materiaal en digitalisering van het aanvraag- en aanmeldproces zijn verbeterd en worden nu getest
  • Verhuizing van de duplo locatie van Utrecht naar Lelystad heeft vertraging opgelopen. Verwachting is dat de nieuwe back up medio 2024 in bedrijf zal zijn
  • In 2023 is een risicoanalyse uitgevoerd rond het beveiligen van de stikstofopslag en de data. Er zijn maatregelen opgesteld om het risico te verkleinen
  • Voor 2 diersoorten zijn 165 inseminatiesdoses uitgegeven voor verbreding van de genetische diversiteit in de levende populaties van de zeldzame rassen

Uitbreiding genenbankcollectie landbouwhuisdieren

  • In totaal zijn 11.004 inseminatiedoses sperma van rund, paard, varken, duif en hond toegevoegd aan de genenbankcollecties
  • Voor schapen, geiten en bijen is uitbreiding collectie nog niet gelukt vanwege ziekte van personeel en uitbraak van Blauwtong in Nederland
  • Praktisch protocol opgesteld om materiaal te winnen van bijen (darren, sperma), en infographic over belang van behoud NL zwarte bij gemaakt
  • Sperma van acht Nederlandse sierduivenrassen ingevroren, waarmee Nederland het eerste Europese land is met duivensperma in erkende genenbank
  • Op diverse bijeenkomsten met rasorganisaties is gepromoot dat materiaal aan CGN kan worden gedoneerd. En de samenwerking is uitgelegd en gepromoot

Opbouw en beheer van genenbank collectie aquatische soorten

  • Er zijn voor verschillende aquatische soorten overleggen geweest voor het verzamelen van materiaal dat kan worden toegevoegd aan de genenbank
  • Vertraging bij het uittesten van de eerste protocollen voor cryoconservering van aquatische soorten door langdurig uitval van personeel

Ontwikkeling en verbetering van protocellen voor cryoconservering

  • Er is een overzicht gemaakt van de status en onderzoekbehoeftes voor cryoconservering en gebruik van verschillende reproductieve materialen per diersoort
  • In 2023 is het IVF lab opgezet en in gebruik genomen. Er zijn tests uitgevoerd met varkens IVF en de eerste resultaten zijn succesvol
  • Met partners in Frankrijk zijn de inseminatie proeven ter validatie van cryoconservering van hanensperma uitgevoerd. Resultaten waren minder dan verwacht
  • Er zijn verschillende ijsbindende eiwitten getest om negatieve effecten van ‘superkoeling’ bij cryoconservering van sperma te voorkomen
  • Er is een experiment gedaan om de diffusie-coëfficiënt voor varkens-ovarium weefsel van 4 verschillende CPA’s (Cryo Protective Agent) te bepalen
  • Vitrificatieprotocol voor runderembryo’s getest in een commerciële fokkerij instelling
  • Postdoc gestart met EU MSCA Marie-Curie beurs (CRYOCHICK project). Onderzoek richt zich op de studie van superkoeling en ijsbindende eiwitten (
    • Een PhD student uit Italië heeft gewerkt aan protocollen voor het invriezen van schapen eicellen en eierstokweefsel van slachthuis materiaal. Internationale samenwerking
    • Internationale afstemming en uitwisseling van kennis en ervaringen vindt plaats in ERFP/EUGENA verband (Europees netwerk van genenbanken)
  • Het EU MSCA (Marie Curie ITN) project CryoStore is gehonoreerd. Mid 2024 zal PhD starten bij CGN (varken: cryoprotocollen mannelijk en vrouwelijk materiaal)

Publicaties