Persbericht

Een op de vier Brabantse boerderijen leeg in 2030

article_published_on_label
20 april 2016

In de periode tot 2030 stopt naar verwachting dertig tot veertig procent van de agrarische bedrijven in Brabant. De helft van de stallen en schuren die hierdoor vrij komen komt uiteindelijk leeg te staan, zo blijkt uit onderzoek van Alterra. In opdracht van de provincie Noord-Brabant verrichte Alterra-onderzoeker Edo Gies met collega’s onderzoek naar leegstand onder agrarisch vastgoed in Brabant.

Inclusief de huidige leegstand, komt het op termijn neer op 6,2 miljoen vierkante meter aan leegstaande stallen en schuren, een kwart van de totale hoeveelheid agrarische bedrijfsgebouwen in Brabant. Noord-Brabant zet in op een gezamenlijke aanpak met vastgoedeigenaren, ondernemers, financiers, maatschappelijke organisaties en overheden, zo laat de provincie weten in een persbericht.

Sinds de start van de schaalvergroting neemt het aantal agrarische bedrijven af, door onder meer matige inkomensperspectieven en het ontbreken van opvolgers in (familie)bedrijven. In een kwart van de vrijgekomen bedrijfsgebouwen zijn de afgelopen jaren niet-agrarische bedrijven gevestigd. Ongeveer 2 miljoen m2 aan bedrijfsgebouwen staat anno 2012 leeg. Ruim 11.000 agrarische bedrijven zijn dan actief op 14.000 locaties, met in totaal 26 miljoen m2 aan agrarische bebouwing. Tot aan 2030 stoppen daarvan nog eens ongeveer 4.500 bedrijven op 5.000 locaties. Volgens Alterra blijven de meeste voormalige boeren in het woonhuis wonen. Van de bedrijfsgebouwen die vrijkomen vindt een beperkt deel een nieuwe bestemming. De resterende 4,2 miljoen m2 komt leeg te staan. Daarmee loopt de totale verwachte leegstand op naar 6,2 miljoen m2 in 2030.

Forse toename

Het gaat vooral om grote stallen en schuren die in veel gevallen zijn gebouwd in de periode van de schaalvergroting, vanaf 1965 tot nu. Veel van deze gebouwen bevatten asbest. De grootste leegstand doet zich voor in gebieden met veel veehouderijen, vooral in het oosten en zuiden van Noord-Brabant. Gedeputeerde Erik van Merrienboer (Ruimte) spreekt over een zeer forse toename: “We  hebben het bij benadering over een op de drie tot vier boerderijen waarvan de stallen en schuren leeg komen. Als deze gebouwen langdurig niet worden onderhouden ziet dat er niet alleen slecht uit, het brengt ook risico’s met zich mee voor gezondheid en veiligheid. Bovendien trekt leegstand criminaliteit aan.” Ook wijst hij op de sociale gevolgen: “Wat betekent dit perspectief voor Brabantse boeren wiens pensioen opgesloten zit in gebouwen die soms nauwelijks restwaarde hebben?”

Innovatieve oplossingen voor herbestemming

Een andere invulling van agrarische bedrijfsgebouwen is het meest wenselijk, zo lang dat niet elders voor nieuwe leegstand zorgt. Recreatie en zorg zijn gebruikelijke vormen van herbestemming. De provincie zoekt daarnaast met ondernemers, gemeenten en anderen naar innovatieve herbestemmingskansen, zoals op gebied van duurzame energie en vernieuwende agrofoodconcepten. Dit jaar vinden experimenten plaats in Boxmeer, Gemert-Bakel, Hilvarenbeek en Oss. Naar verwachting sluiten nog meer gemeenten aan.

Sloop belangrijk deel oplossing

“Er gebeurt al heel veel in Brabant op gebied van herbestemming, en dat stemt hoopvol,” concludeert gedeputeerde Van Merrienboer. “Toch moeten we ook beseffen dat niet alle leegstand een nieuwe functie krijgt en dat sloop een belangrijk deel van de oplossing is.” Leegstand in boerderijen maakt deel uit van de brede Brabantse aanpak leegstand van onder meer winkels, kantoren, bedrijfsgebouwen en erfgoed. De provincie gaat op korte termijn in gesprek met een brede groep van betrokkenen, zoals vastgoedeigenaren, ondernemers, financiers, maatschappelijke organisaties en overheden. Tijdens deze gesprekken komen, naast herbestemmingskansen, ook marktconcepten om sloop te financieren, aan de orde.

Klik hier voor het onderzoekrapport Leegstand agrarisch vastgoed Noord-Brabant.